Brembosch

Dutch

Etymology

Potentially attested as brembosch in 1292, attested with certainty as brambosch in 1753. Compound of brem (“broom, Cytisus scoparius”) or braam (“raspberry, Rubus sp.”) and bos (“rising forest”).

Pronunciation

IPA^(key): /ˈbrɛm.bɔs/
Hyphenation: Brem‧bosch

Proper noun

Brembosch n

A hamlet in Roosendaal, Noord-Brabant, Netherlands.

References

van Berkel, Gerard; Samplonius, Kees (2018) Nederlandse plaatsnamen verklaard (in Dutch), Mijnbestseller.nl, →ISBN

单词	Brembosch
释义	Brembosch Dutch Etymology Potentially attested as brembosch in 1292, attested with certainty as brambosch in 1753. Compound of brem (“broom, Cytisus scoparius”) or braam (“raspberry, Rubus sp.”) and bos (“rising forest”). Pronunciation IPA^(key): /ˈbrɛm.bɔs/ Hyphenation: Brem‧bosch Proper noun Brembosch n A hamlet in Roosendaal, Noord-Brabant, Netherlands. References van Berkel, Gerard; Samplonius, Kees (2018) Nederlandse plaatsnamen verklaard (in Dutch), Mijnbestseller.nl, →ISBN
随便看	voegden aan voegden bij voegden samen voegden toe voegde samen voegde toe voege voege aan voege bij Voegele Voegeles Voegeli Voegelin Voegelinian Voegelins Voegelis voegen voegen aan voegen bij voegend voegende voegen samen voegen toe voege samen voege toe