vluchtwagen
Dutch
Etymology
Compound of vluchten (“to flee, escape”) + wagen (“car”).
Pronunciation
- IPA(key): /ˈvlʏxtˌʋaː.ɣə(n)/
- Hyphenation: vlucht‧wa‧gen
Noun
vluchtwagen m (plural vluchtwagens, diminutive vluchtwagentje n)
- A getaway car.
- Synonym: vluchtauto